Bijdrage Arie Slob aan het plenair debat over de berichtgeving inzake de deal met Cees H.

Met dank overgenomen van A. (Arie) Slob i, gepubliceerd op maandag 16 maart 2015.

Bijdrage van ChristenUnie Fractievoorzitter Arie Slob aan een plenair debat met minister-president Markt Rutte over de berichtgeving inzake de deal met Cees H.

Onderwerp:   Debat over de berichtgeving inzake de deal met Cees H.

Kamerstuk:    34 000 - VI

Datum:           10 maart 2015

De heer Slob (ChristenUnie):

Mevrouw de voorzitter. De verklaring die de minister-president zojuist heeft uitgesproken, volgt op de bewogen dag van gisteren. Aan het eind van de middag kwam het bericht dat het bonnetje was gevonden. Deze vondst leidde in de loop van de avond tot het vertrek van minister Opstelten en staatssecretaris Teeven. Hun aftreden gisteravond zorgt ervoor dat zij zich nu niet zelf kunnen verantwoorden op de plek waar het hoort. Die plek is hier. Mijn fractie betreurt dat. In de parlementaire democratie controleert de Kamer het kabinet, maar de bewindspersonen die daar deel van uitmaken, moeten zich dan wel laten controleren. De feitelijke situatie is dat de Koning gisteravond de ontslagen heeft aanvaard en dat we daarom nu het debat voeren met de minister-president.

Waar gaat dit debat volgens de ChristenUnie over? Wij vinden dat de minister-president zich als primus inter pares van het kabinet moet verantwoorden voor hetgeen is gebeurd. Ik zie de verklaring die hij zojuist heeft uitgesproken als een eerste begin. Wij willen ook nog wat vragen stellen over de gesloten deal. Die vragen moeten gesteld en ook beantwoord worden. Ook willen we graag afspraken maken over het vervolg.

Wat is er gebeurd? Het bonnetje was zoek. Minister Opstelten heeft vorig jaar eerst zelf met zijn ambtenaren gezocht en niets gevonden. Daarna is er een extern onderzoek geweest door mr. Van Brummen. Opnieuw werd er niets gevonden. En nu is het er toch. Na de uitzending van Nieuwsuur is het er wel. Het is duidelijk geworden dat het er vorig jaar ook al had kunnen zijn.

De vondst van het bonnetje met de bevestiging van de 4,7 miljoen gulden zorgde uiteindelijk dus voor het vertrek van minister Opstelten. De minister-president zei gisteren en zojuist weer dat hij die keuze respecteert. Ik sluit mij daarbij aan. De vraag is echter wel wat hij er uiteindelijk van vindt. Was dit gelet op de inhoud en hetgeen gebeurd is, noodzakelijk? Ik vraag dat ook in het licht van zijn uitspraak afgelopen vrijdag in NOS Gesprek minister-president. Hij zei daarin dat hij niet wist wat het boven tafel komen van het bonnetje zou toevoegen. Hoe beoordeelt de minister-president die opvatting van vrijdag in het licht van de keuze van minister Opstelten om nadat het bonnetje was gevonden, af te treden?

Ik vraag de minister-president om ook in te gaan op de rol van inmiddels voormalig staatssecretaris Teeven. Hij mocht niet spreken over deze zaak in de afgelopen tijd — daar was minister Opstelten verantwoordelijk voor — maar hij heeft een paar keer wel zijn mond opengedaan. Hij heeft een keer gesteld dat hij alles wist. Hij heeft recentelijk nog gezegd dat de minister de Kamer juist heeft geïnformeerd. Gelet op de informatie die nu bekend is, kan dat niet allebei waar zijn. Wat is het echte verhaal rond staatssecretaris Teeven?

Ik vraag dat ook met betrekking tot de deal. Voordat hij gisteravond vertrok, zei staatssecretaris Teeven nog dat er met die deal niets mis is overigens. Neemt de minister-president die woorden over? Hoe rechtmatig was die deal? Waar is destijds toestemming voor gegeven? Misschien is het best lastig voor de minister-president om al deze vragen vandaag te beantwoorden. Er zijn immers nog veel meer vragen gesteld, ook schriftelijk, waarvan de antwoorden erop ook om een vervolggesprek vragen. Die vragen mogen niet boven de markt blijven hangen, allereerst omdat ze het rechtsgevoel van burgers raken, maar ook omdat ze nieuwe bewindspersonen te veel belasten. Ik vraag de minister-president daarom om een onafhankelijke commissie in te stellen, à la de commissie-Davids die we eerder hebben gehad, die de zoektocht naar de verdere afhandeling van de schikking en de informatievoorziening op zich kan nemen. Zij moet dat in onafhankelijkheid kunnen doen en de Kamer en ook het kabinet daarover kunnen informeren.

Er moeten inderdaad zo snel mogelijk nieuwe bewindspersonen op dit belangrijke departement komen. Wat ons betreft moeten dat bewindspersonen zijn met rechtsstatelijk gevoel. Een en ander moet zorgvuldig gebeuren — dat begrijpen we — maar het moet wel zo snel mogelijk gebeuren.

Mijn fractie heeft zich wel verbaasd over het naar voren schuiven van minister Blok als vervanger. We hebben ooit het Koninklijk Besluit ontvangen van 5 november 2012 op grond waarvan minister Plasterk de eerste vervanger voor dit ministerie was. Nu is echter gekozen voor minister Blok. Wij zouden daar graag een toelichting op willen ontvangen.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.